Een blaasspoeling met Mitomycine® is een vorm van chemotherapie, rechtstreeks in de blaas. Deze behandeling zorgt ervoor dat kwaadaardige cellen niet (of minder snel) terugkomen.

Mitomycine® blaasspoeling

Bekijk hier de informatiefolder van het Sint-Andries Ziekenhuis

Waarom een blaasspoeling?

Je hebt een gezwel in de blaas laten verwijderen. Deze gezwellen, ook wel poliepen genoemd, hebben de neiging om terug te komen. Om de terugkeer van poliepen af te remmen of te voorkomen, wordt een blaasspeoeling met Mitomycine® uitgevoerd. Dat is een soort van chemotherapie die rechtstreeks in de blaas wordt toegepast. 

Voorbereiding

Vanaf ongeveer vier uur voor de spoeling en tijdens het ophouden van de spoeling, vragen we om zo min mogelijk te drinken. Uitzondering kan zijn wanneer je medicatie moet innemen. 
Wanneer je drinkt, loopt de blaas sneller vol en wordt het moeilijker om de plas op te houden. De urine wordt in dat geval vermengd met urine, waardoor de werkzaamheid naar beneden gaat. 

Bij het gebruik van diuretica of plaspillen dienen deze ingenomen te worden voor het uitplassen van de spoeling en niet erna. 

Behandeling

In totaal zijn er 6 spoelingen nodig voor de behandeling. Deze gebeuren één keer per week in het chirurgisch dagziekenhuis. De eerste spoeling is vaak al kort na de operatie op de verpleegafdeling uitgevoerd. Om de regelmaat te behouden, krijg je een afspraakschema mee voor de blaasspoelingen. 

Voor het ondergaan van de behandeling lig je op een bed. Het enige dat je hoeft te doen, is de onderkleding naar beneden schuiven. De verpleegkundige zal eerst de uitwendige opening van de plasbuis reinigen, waarna ze een sonde (dun slangetje) via de plasbuis in de blaas brengt. Via de sonde zal ze eerst de blaas helemaal laten leeglopen. Het inbrengen van deze katheter kan een onaangenaam gevoel teweeg brengen. 

Via de sonde laat de verpleegkundige de vloeistof Mitomycine® in de blaas lopen. Het is de bedoeling dat de patiënt probeert de spoeling minimaal twee uur (en maximaal drie uur) in de blaas te houden. De verpleegkundige biedt ook een inlegkruisje aan.

Vóór iedere blaasspoeling zal de verpleegkundige vragen of je last heeft gehad van bijwerkingen. Bij klachten zal de urine onderzocht worden. Om tijdig nieuwe gezwelletjes op te sporen (moesten deze terugkomen), zal de uroloog regelmatig een cystoscopie uitvoeren om in de blaas te kunnen kijken. 

Heb je problemen of vragen? Dan kan je altijd terecht bij ons secretariaat. Indien nodig zullen zij ervoor zorgen dat je tussentijds bij de uroloog terecht kan. 

Duur van een spoeling

Het inbrengen van de katheter en het laten inlopen van de vloeistof duurt bij elkaar ongeveer vijf minuten. Vervolgens laat je de vloeistof twee uur inwerken door af en toe van positie te veranderen (linker-, rechterzijlig, buiklig en ruglig).

Nazorg

  • Na ongeveer twee uur kan je de vloeistof op het toilet uitplassen. De eerst twee keer adviseren we om dat zittend te doen en na afloop het toilet twee keer te spoelen met een gesloten deksel. Op die manier kan besmetting van de omgeving of andere personen voorkomen worden. Als je morst op de bril, kan je dat best schoonmaken met veel water. 
  • De eerste keer dat je plast zal je urine een blauw-grijze kleur hebben als gevolg van het toegediende medicijn. 
  • Om infecties te vermijden, is het heel belangrijk dat je de eerste 24 uur na de spoeling extra drinkt. 
  • Geslachtsgemeenschap is tot twee dagen na de blaasspoeling niet mogelijk, tenzij je een condoom gebruikt.

Bijwerkingen

  • Door de vloeistof kan er irritatie van de blaas ontstaan, met een branderig gevoel en een regelmatigere plasdrang tot gevolg. Dit duurt meestal enkele uren tot twee dagen. Houden de klachten langer aan of heb je ook koorts, dan is er misschien sprake van een echte blaasontsteking. Je urine moet dan onderzocht worden door de huisarts of de uroloog. 
  • Om uitwendige irritatie aan schaamlippen of penis te voorkomen, is het belangrijk dat je de schaamstreek na het plassen spoelt of wast met water. Dit hoeft alleen op de dag van de spoeling.
  • Bij koorts, huiduitslag en/of jeuk, neem je contact op met de uroloog via het secretariaat.